Verklarend woordenboek Nederlands-Indië

Pieter Johannes Veth (2003)

Gepubliceerd op 15-08-2017

soja 1

betekenis & definitie

soja [pikante saus]. Gewoonlijk schrijft men Soya, maar ik zie geen reden waarom wij een lettergreep volkomen gelijkluidend met ja en jagen en Java, in andere woorden ya zouden schrijven. In het Engels heeft de y de waarde van onze j, en de j de waarde die wij in vreemde woorden door dj (of dsj) uitdrukken, omdat geen letter in onze taal aan die klank beantwoordt. Iedere taal houde zich in de spelling aan haar eigen klankstelsel, anders geraakt men in onoplosbare verwarring en bevordert verkeerde uitspraak. Dus ook geen u (als in het Duits en Italiaans) of ou (als in het Frans) voor de klank die wij met oe uitdrukken. Alleen in vreemde eigennamen waarvan geen Nederlandse vormen bestaan en die in het oorspronkelijk met dezelfde lettertekens (ofschoon niet altijd met dezelfde waarde) als in de onze geschreven worden, moet men de vreemde spelling behouden. Het spreekt echter vanzelf dat deze regels niet van toepassing zijn op wetenschappelijke werken, waarin een vast stelsel van transcriptie gevolgd wordt, zoveel mogelijk alle talen omvattend. De lezer behoort dan echter gewaarschuwd te worden dat hij met een algemene, niet met een Nederlandse spelling te doen heeft.

Soja is de naam van een Japanse saus die ook bij ons door velen als een aangenaam toevoegsel bij vele spijzen beschouwd wordt. In het Japans luidt het woord soo-joe of sjoo-joe en betekent ‘uitstekende saus’.

Het hoofdbestanddeel van deze saus is een soort van boon, die door Linnaeus Dolichos soya, door Mônch Soya hespida genoemd werd. De plant is, naar het schijnt, oorspronkelijk in Japan thuis, waar men zomer- en herfstbonen onderscheidt. De late soort komt in Europa, zoals uit proeven in de Leidse hortus gebleken is, zelfs na een gunstige zomer niet tot rijpheid. Daarentegen is de plant met goede uitslag naar de tropische delen van Azië overgebracht. Op Java noemt men ze soms katjang djĕpoen, dat is Japanse boon, maar gewoonlijk kadĕlé of kĕdĕlé. De Javanen bereiden daaruit behalve de soja ook de témpé die, tot platte koekjes gevormd en gebakken en gebraden, een zeer geliefde toespijs is bij de rijst.

In de soja onderscheiden de Japanners twee soorten, naarmate ze met gerst of met tarwe is vermengd. De met tarwe bereide wordt smakelijker geacht.

In een stukje over de ‘bereiding van de Japanse Soja’, meegedeeld door prof. Hoffmann in de Bijdragen tot de Taal-, Land- en Volkenkunde van Nederlandsch-Indië, 3e volgreeks, deel V, p. 192, wordt de bereiding van de soja nauwkeurig beschreven volgens de Japanse encyclopedie Wa-kan sansai dzu-e, en ter vergelijking ook de beschrijving opgegeven die in Kaempfers Amoenitates exoticae wordt aangetroffen.

< >