Total Dutch

Ton Spruijt (1999)

Gepubliceerd op 08-10-2020

Dutch vakjargon

betekenis & definitie

De vele ‘Dutch-mannetjes’ die het jargon van allerlei beroepen doorspekken, hebben meestal de ongunstige ondertoon van het verdoezelen van geleverd klungelwerk. Daarbij gevoegd een stroom van andere eveneens weinig vleiende termen richting Hollands vakmanschap, en de vraag rijst wat die zogenaamde vaklui vroeger hebben uitgespookt om aan zo’n kwalijke reputatie te komen.

Omdat de meeste van dergelijke uitdrukkingen uit het Amerika van toen komen, moet in aanmerking worden genomen dat de Hollandse gastarbeiders die destijds in de Nieuwe Wereld aan de slag probeerden te komen, zich voordeden als vakman, maar nog nooit een hamer of een ander stuk gereedschap hadden vastgehouden. Daarbij de welhaast onoverkomelijke taalbarrière, en veel van het Dutch jargon is achteraf wel verklaarbaar. Deze negatieve benadering van weleer werkt tot en met de dag van vandaag nog steeds door in nieuwe vaktermen, waarvan de meeste eveneens doelen op een vorm van onkunde. De Dutch-zeemanstaal vormt in ‘Dutch glorie’ een hoofdstuk apart.

< >