(de), het hosselen. Soms, als ik zit te relaxen zoals nu met een djoggo voor m 'n neus, dan denk ik terug aan die mooie tijd zonder maatschappelijke hosselarij, belastingaanslagen, deurwaarders, luie ambtenaren en kletskoekpolitici (Rappa in Zondagskrant 50: 20; 1980).
- Etym.: Zie hosselen.