[De ketellappers stammen voor een deel van de Heidens of Zigeuners af. Deze hadden het in de kunst van vloeken tot eene tamelijke hoogte gebragt, en konden in hunne gesprekken nog al vrij luidruchtig zijn. Mogelijk zijn van deze omstandigheid de beide spreekwoorden ontstaan; althans het eerste gebruikt men van een' grooten vloeker, en het tweede van groote schreeuwers].
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk