[De mieren, zoo mannetjes als wijfjes, verkrijgen, in den tijd van ’t paren, vleugels; alleen de geslachteloozen blijven ongevleugeld. Dus bederven de vleugelen de mier; daar het anders zoo arbeidzame diertje, in den tijd van ‘t paren, geen’ voorraad voor den winter oplegt].
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk