Luistervinken deugen niet

‘Luistervink’, iemand die iets afluistert of beluistert. Een reeds in de middeleeuwen voorkomende benaming met de betekenis van: gesprekken afluisteren en daarvan misbruik maken. Dat met de naam ‘luis...
Lees meer

Dat is een hongerige luis

Dat is een gierigaard

Zo flauw als een luis

Het gebruikte beeld is in deze uiteraard onjuist. Waarschijnlijk weet niemand of een luis flauw smaakt. Het is dan ook zuiver een toevallige samenkoppeling van begrippen uit zucht tot versterking. De ...
Lees meer

Luister bijzetten aan iets

‘Luister', van Fra.: lustre, glans, van Lat.: lustrare, verlichten. Derhalve: glans bij zetten, iets verfraaien

Nauw luisteren

Eigenlijk: scherp naar iets luisteren. Overdrachtelijk voor: er bijzonder op aan komen

Hij is zo kaal als een luis

Hij is straatarm

Hij is zo kaal als een luis

Hij is zeer arm, er is niets meer bij hem te halen

Hij is zo kaal als een luis

Hij is zeer arm; er is niets meer bij hem te halen

Iemand een luis in de pels zetten

Iemand schade berokkenen

Iemand een luis in de pels zetten

Iemand tot het opnemen van een lastig mens, tot het aanvaarden van een netelige zaak bewegen; hem een grievende argwaan berokkenen

Een luis in zijn eigen pels poten

Zichzelf last of nadeel berokkenen

Een luis in zijn eigen pels poten

Zichzelven last of nadeel berokkenen

Een luis in zijn eigen pels poten

Er kan geen luis over zijn lever lopen

Een luis in zijn eigen pels poten

Hij wordt licht toornig

Opschieten als een luis op een teerton

Opschieten als een slak

Opschieten als een luis op een teerton

Geen voortgang in het werk hebben

Er loopt een luis over de lever

Kwaad worden; eigenlijk: de lever, de zetel van de toorn (zie: iets op zijn lever hebben) wordt lichtelijk aangeraakt. Vandaar: opstuiven, boos worden

Dat luistert nauw

Dat moet zeer nauwkeurig gedaan worden

Er kan geen luis over zijn lever lopen

Hij wordt snel kwaad

Er kan geen luis over zijn lever lopen

Hij wordt licht toornig

Zo veeg als een luis op een kam

‘Veeg’ betekent hier: de dood gewijd. De herkomst is onbekend. We vinden het woord nog terug in: het vege lijf redden. In doodsgevaar verkeren, zoals de luis op de kam

Zo kaal als een geplukte kip (kerkrat, luis)

‘Kaal’ is ook hier een ander woord voor ‘arm’ (vgl. kale jakhals e.d.). Derhalve: arm zijn

Hij schiet op als een luis op een teerton

Zijn werk vordert helemaal niet

Beter een luis in de pot dan geen vet

Iets is nog altijd beter dan niets

Een luis (of: een vlo) in ’t oor hebben

Ongerust zijn (b. v. omdat men een voorgevoel van iets heeft)

Zo veeg staan als een luis op de kam

In groot gevaar verkeren

Zo vrij zijn als een luis op de kam

Niet vrij zijn; gevangen zijn; geen uitkomst meer hebben

De luiste varkens krijgen de beste eikels

Die het minste uitvoeren verkeren vaak nog in de gunstigste omstandigheden
toon meer resultaten