Spreekwoorden en gezegden met 'houdt-uit'

Hij houdt de schimmel er wel uit

Hij eet en drinkt zeer veel

Die zich uit de rook houdt, zal ook niet branden

Wie het gevaar niet opzoekt, hoeft ook niet bang te zijn dat er iets gebeurt

Die zich uit de rook houdt, zal zich niet branden

Men moet de gevaren vermijden

Een glas op zijn tijd houdt de mot uit de maag

Als men matig drinkt, kan dat geen kwaad

Hoe ouder de vogel wordt, hoe vaster hij zijn pluimen houdt (of: hoe noder uit de veren)

Hoe ouder men wordt, hoe meer men gehecht is aan het bestaande, hoe minder geneigd tot verandering of vernieuwing; oudere mensen zijn doorgaans zeer conservatief

Hij houdt maandag

Hij werkt niet, ondanks het feit dat het een normale werkdag is

Hij houdt streek

Hij blijft bij zijn voornemen

Hij houdt open lijf

Hij heeft een zeer regelmatige stoelgang

Dat houdt geen steek

Dat is niet betrouwbaar

Zondagsteek houdt geen week

Werk niet op Zondag, het brengt geen voordeel

Hij houdt een hondemaaltijd

Wordt gezegd als de wijn aan de dis ontbreekt

Zijn anker houdt niet

Hij vindt geen geloof, wordt afgescheept

Houdt wat ge hebt

Ontleend aan Openb. 3 : ii: ‘Ziet, ik kom haastiglijk; houdt dat gij hebt, opdat niemand uwe kroon neme’

Houdt maat in ’t verblijden, houdt maat in ’t bedroeven

Houdt maat in ’t hopen, houdt maat in ’t vreezen

Houdt maat in ’t verblijden, houdt maat in ’t bedroeven

Houdt maat in ’t verteren, houdt maat in ’t behoeven

Houdt maat in ’t verblijden, houdt maat in ’t bedroeven

Houdt maat in ’t schrijven, spreken en lezen, Houdt maat Hendrik in al wat gij gaat beginnen

een zondagssteek houdt geen week

op het werk dat je 's zondags doet rust geen zegen.

De duivel houdt de kaars

De duivel heeft de hand in het spel

De duivel houdt de kaars

(Z. N.) Het gaat er niet mals toe

De duivel houdt de kaars

(Deze spreekwijze berust op een legende aangaande de H. Dominicus, die de duivel, hem als een aap verschenen, zou gedwongen hebben een kaars voor hem vast te houden, tot hij zich de vingers brandde)

Een zondagssteek houdt geen week

Op de arbeid die men op zondag verricht, rust geen zegen

Hij houdt van de beker

Hij drinkt graag

Hij houdt duiven op zolder

Hij exploiteert een bordeel

Hij houdt van de fles

Hij drinkt graag een borreltje