Meestal onuitgesproken gedragsregels waar alle groepsleden zich aan dienen te houden. Als de regels officieel zijn vastgelegd, spreken we van formele regels.
Ongeschreven regels noemen we informele regels.
We onderscheiden daarbij:
1. relatienormen: omgangsnormen; doorgaans ongeschreven regels over hoe de leden van een groep met elkaar om horen te gaan;
2. taaknormen: geschreven of ongeschreven afspraken en regels over hoe de leden van een groep gezamenlijk een taak gaan volbrengen of een doel gaan behalen.
Mensen passen zich bijna altijd aan de groepsnormen aan. Redenen hiervoor zijn:
- angst voor maatregelen of sancties (negatieve consequenties);
- als gevolg van een identificatieproces (proces van vereenzelvigen met de mensen om ons heen; het eigen maken van gevoelens, ideeën en gedragingen van anderen);
- als gevolg van een socialisatieproces (proces waarbij een persoon zijn gedrag afstemt op wat gebruikelijk en aanvaardbaar is onder invloed van sociale druk);
- het willen bereiken van een groepsdoel.
