In de zegswijze er bekaaid afkomen (er slecht afkomen) is hoogstwaarschijnlijk het woord bekaaid afgeleid van bekaaien, hetgeen in de zeventiende eeuw al werd gezegd van vis die lang op de kaai heeft gelegen en stervende is. Vanuit die betekenis werd het werkwoord bekaaien ook toegepast op de toestand van een mens die naar lucht hapt, flauwvalt of stervende is.
Daarnaast kreeg bekaaien de zwakkere betekenis van versuft, teleurgesteld, bedot, zoals in de hier behandelde uitdrukking.