Latijns-Nederlandsch Lexicon

Stephanus Axters (1937)

Gepubliceerd op 26-11-2020

MOTOR

betekenis & definitie

Aandrijver, beweger. Motor coniunctus, Aansluitend aandrijver. Motor extrinsecus, Uiterlijke aandrijver. Motor immobilis et movens, Onbeweeglijke en aandrijvende beweger. Motor intrinsecus, Innerlijke aandrijver. Motor movens et motus, Aandrijvende en bewogen beweger. Motor primus, Eerste aandrijver. Motor proximus, Onmiddellijke aandrijver. Motor remotus, Verwijderde aandrijver.

< >