1. Rechtvaardigheid (als hoofddeugd), POTTERS V, 116. Iustitia est habitus secundum quem aliquis constanti et perpetua voluntate ius suum unicuique tribuit, s.
THOMAS, SUM. THEOL. II-II, Q. 58, A. I, C., Rechtvaardigheid is een hebbelijkheid waardoor iemand op duurzame en standvastige wijze aan elk laat zijn recht geworden. — Iustitia civilis, Staatsburgerlijke rechtvaardigheid. Iustitia communis, Algemeene rechtvaardigheid. Iustitia commutativa, Ruil rechtvaardigheid, POTTERS IV, 170, ruilende rechtvaardigheid, POTTERS IV, 229 (Tgd Iustitia distributiva, Deelende rechtvaardigheid; — Iustitia legalis, Wettelijke rechtvaardigheid). Iustitia distributiva, Verdeelende rechtvaardigheid, POTTERS IV, 171 (Tgd Iustitia commutativa, Ruilende rechtvaardigheid; — Iustitia legalis, Wettelijke rechtvaardigheid). Iustitia divina, Goddelijke rechtvaardigheid. Iustitia humana, Menschelijke rechtvaardigheid. Iustitia legalis, Wettelijke rechtvaardigheid, POTTERS IV, 141 (Tgd Iustitia distributiva, Deelende rechtvaardigheid; — Iustitia commutativa, Ruilende rechtvaardigheid). Iustitia legalis est determinata virtus habens speciem ex hoc quod intendit ad bonum commune, s. THOMAS, COMM. IN V ETHIC.
NicOM. LECT. 2, Wettelijke rechtvaardigheid is een bepaalde deugd die haar soortelijken aard hieraan ontkent, dat ze het algemeen welpijn op het oog heeft. — Iustitia oeconomica, Huiselijke rechtvaardigheid, gezinsrechtvaardigheid. Iustitia particularis, Bizondere rechtvaardigheid. Iustitia politica, Staatsburgerlijke rechtvaardigheid. Iustitia praemians, Beloonende rechtvaardigheid. Iustitia puniens, Straffende rechtvaardigheid. Iustitia remunerativa, Vergeldende rechtvaardigheid, MEYER 387. Iustitia socialis, Maatschappelijke rechtvaardigheid. Iustitia vindicativa, Straffende rechtvaardigheid, VAN HOONACKF.R 125, wrekende rechtvaardigheid. 2. Rechtvaardigheid (In overdrachtelijken zin). Iustitia adquisita, Aangeworven rechtvaardigheid. Iustitia apparens, Schijnrechtvaardigheid. Iustitia fidei, Geloofsrechtvaardigheid. Iustitia generalis, Algemeene rechtvaardigheid, POTTERS v, 122. Iustitia gratiae, Genadcrechtvaardigheid. Iustitia gratuita, Onverdiende rechtvaardigheid. Iustitia immanens, Inwonende rechtvaardigheid, QUAADVLIET I, II o. Iustitia imputata, Toegerekende rechtvaardigheid, aangerekende rechtvaardigheid. Iustitia infusa, Ingestorte rechtvaardigheid. Iustitia innata, Aangeboren rechtvaardigheid. lustitia legalis, Wettelijke rechtvaardigheid. lustitia moralis, Zedelijke rechtvaardigheid, lustitia naturalis, Natuurlijke rechtvaardigheid. lustitia originalis, Oorspronkelijke rechtvaardigheid, POTTERS II, 298, oorspronkelijke
gerechtigheid,
3. Gerechtigheid, lustitia animata, Levende gerechtigheid. lustitia inanimata, Doode gerechtigheid. lustitia naturalis, Natuurlijke gerechtigheid.
