(jeugdtaal) sloom iemand. Jaren tachtig.
Soulstamper: sloom persoon. ‘Hij is een echte soulstamper. Een slome duikelaar met van die hakken en een heel wijde broek.’ (Mare Hofkamp en Wim Westerman, Aso’s, Bigi’s, Crimi’s. Jongerentaalwoordenboek, 1989)