Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

kween

betekenis & definitie

(in Vlaanderen) overdreven vrome en preutse vrouw. Betekent eigenlijk ‘onvruchtbare koe’.

‘’t Is zeker die kween ginder, die u dat oplegt,’ preutelde Fine. ‘Kwezel bij gebrek aan ezel! Had ze maar ’nen notaris of ’nen dokter kunnen krijgen, of ’n rijken vent, ze zou er niet op gespuwd hebben! Nu bidt ze Ons-Heer van zijn kruis!’ (Reimond Stijns, Hard labeur, 1904)

Nette bekende dat zij eigenlijk ook geen kween geweest was in heure tijd en dat ze iedereen zijn eigen gang liet gaan. (Ernest Claes, Charelke Dop. 10de druk, 1960.1ste druk 1923)

< >