Welk woord kan het best gebruikt worden voor het 'uitkleden'
van een banaan: pellen of schillen?
Zowel pellen als schillen is mogelijk. Het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT) maakt een duidelijk onderscheid tussen deze beide manieren om ‘boom- en aardvruchten van hun bekleding te ontdoen’. Volgens het WNT betekent pellen dat we de vrucht van ‘het bekleedsel’ ontdoen zodat het binnenste ongeschonden blijft, terwijl bij schillen met behulp van een mes ook een deel van het binnenste wordt weggenomen. Een mandarijntje wordt daarom gepeld en een appel geschild. Omdat bij het ‘uitkleden’ van een banaan het binnenste ongeschonden blijft, ligt het voor de hand te kiezen voor pellen. Maar Van Dale stuurt ons in een andere richting. Bij pellen vermeldt Van Dale de betekenis ‘van de harde buitenhuid ontdoen’ (noot, ei), en bij schillen ‘een vrucht of knol van zijn zachte omkleding, kurkhuid, ontdoen’ (appel, citroen). Hieruit vloeit voort dat we een banaan zouden schillen.
Vermoedelijk hebben de meeste taalgebruikers bij schillen een associatie met een mesje. Daarom is een banaan pellen toch voor de hand liggender dan een banaan schillen.