Je moet het belang van de zaak niet overschatten, de zaak niet te zwaar opnemen. Een halszaak was een misdaad waarop de doodstraf stond.
Hals stond in dit geval voor ‘iemands leven’. Een halszaak was dus niet, zoals je zou kunnen denken, specifiek een misdaad waarbij men onthoofd werd. Het waren in Europa vanouds vooral zware delicten waarvoor men de doodstraf kon krijgen, zoals moord, verkrachting of misdrijven tegen de Staat. Tot de Franse tijd waren er in Nederland talloze manieren waarop iemand kon worden gevonnist. Dat veranderde pas in 1811, toen de Franse Code Pénal ingevoerd werd.
Alle executies werden voortaan voltrokken met de guillotine. In 1813 werd bepaald dat iemand alleen opgehangen kon worden of met een zwaard onthoofd, maar onthoofdingen zijn er in feite nooit meer geweest. Wel werd de strop nog toegepast. In 1854 schreef een nieuwe wet voor dat delinquenten alleen nog maar opgehangen mochten worden, en wel met behulp van een valluik. In 1861 had in Nederland de laatste terechtstelling plaats. In 1870 werd de doodstraf afgeschaft tenminste: in tijd van vrede.
