Definities van Prisma Woordenboek Nederlands in de Ensie P
- pistachenoot
- piste
- pistolet
- piston
- pistool
- pistoolschilder
- pistoolschot
- pit
- pitabroodje
- pitbull
- pitch
- pitchen
- pitcher
- pitriet
- pits
- pitspoes
- pitstop
- pitten
- pittig
- pittoresk
- pitvis
- pitvrucht
- pixel
- pizza
- pizzakoerier
- pizzeria
- pizzicato
- pk
- PKN
- pl.
- plaag
- plaaggeest
- plaagstoot
- plaaster
- plaat
- plaatbrood
- plaatijzer
- plaatje
- plaats
- plaatsbewijs
- plaatselijk
- plaatsen
- plaatshebben
- plaatskaart
- plaatsmaken
- plaatstaal
- plaatsvervanger
- plaatsvinden
- plaatwerk
- placebo
- placebo-effect
- placemat
- placenta
- placht
- plachten
- pladijs
- plafond
- plafonneren
- plafonnière
- plag
- plage-uren
- plagen
- plagerig
- plagerij
- plagiaat
- plaid
- plak
- plakband
- plakboek
- plakkaat
- plakkaatverf
- plakken
- plakker
- plakkerig
- plamuren
- plamuur
- plan
- plan de campagne
- planbureau
- planchet
- planeconomie
- planeet
- planeren
- planetarium
- planetenstelsel
- planetoïde
- plank
- plankenkoorts
- plankgas
- plankier
- planking
- plankton
- plankzeilen
- planmatig
- plannen
- planning
- plano
- planologie
- plant
- plantaardig
