Definities van Prisma Woordenboek Nederlands in de Ensie D
- drugsdealer
- drugsgebruiker
- drugskoerier
- drugsrunner
- drugstoerisme
- drugstrafiek
- druïde
- druif
- druilen
- druilerig
- druiloor
- druipen
- druiper
- druipnat
- druipneus
- druipsteen
- druisen
- druivelaar
- druivensap
- druivensuiker
- druk
- drukbezet
- drukcabine
- drukdoenerij
- drukfout
- drukinkt
- drukken
- drukkend
- drukker
- drukkerij
- drukkingsgroep
- drukkingsmiddel
- drukknoop
- drukknop
- drukkosten
- drukkunst
- drukletter
- drukpers
- drukproef
- drukschakelaar
- drukte
- druktemaker
- druktoets
- drukverband
- drukwerk
- drum
- drumband
- drummen
- drummer
- drums
- drumstel
- drumstick
- drup
- druppel
- druppelen
- druppelsgewijs
- druppen
- drups
- dry
- ds.
- dtp
- dtp'en
- duaal
- dual band
- dualis
- dualisme
- duatlon
- dub
- dubbel
- dubbel-cd
- dubbelblind
- dubbelboeking
- dubbeldekker
- dubbeldip
- dubbelen
- dubbelepunt
- dubbelganger
- dubbelglas
- dubbelhartig
- dubbelklikken
- dubbelkruis
- dubbelloopsgeweer
- dubbelmandaat
- dubbelmol
- dubbelop
- dubbelparkeren
- dubbelpas
- dubbelrijm
- dubbelrol
- dubbelspel
- dubbelspion
- dubbelspoor
- dubbelster
- dubbeltje
- dubbelzinnig
- dubben
- dubieus
- dubio
- duchenne
- duchten
