Gepubliceerd op 21-06-2017

Bollewangenhapsnoet

betekenis & definitie

een gezicht met dikke, bolle wangen. Meestal gezegd van een kind. Hetzelfde ritmische effect vinden we in uitdr. als kakebeenhuishouden; gratenpakhuis enz. Ha...! Motje zo’n bollewangehapsnoet zien! (Piet Bakker: Ciske groeit op, 1943)

Wie schetst evenwel m’n verbazing toen ik het overgordijn wegschoof en ik in het breed glimlachend smoelwerk van zo’n bollewangenhapsnoet keek? (Dirk Dufraing: Rock ’n’ Roll, 1989)

< >