Johanna Kunegonda Keij (‘Gonda’) geb. Rotterdam 29 januari 1903. Woonde en werkte in Rotterdam, Den Haag, Maarsbergen, Eindhoven tot 1946, Naarden tot 1953, Kortenhoef tot 1959, Soest (Soestdijk) tot 1960, De Bilt (Bilthoven) tot 1964, thans in Amerongen.
Gehuwd met M. J. Kingma. Leerlinge van de Akademies v. B.K. te Rotterdam, München en Londen.
Schildert, aquarelleert en tekent bloemen en andere stillevens, dieren en portretten. Was lid van de Nederlandse Kunstkring in Den Haag en van ‘Artibus Sacrum’ te Arnhem.
Mak van Waay.
