Zuidafrikaans anglicaans geestelijke, *7.10.1931 Klerksdorp. Tutu was aanvankelijk leraar, maar uit frustratie over de gebreken van het onderwijs voor zwarten ging hij theologie studeren.
In 1961 werd hij priester gewijd. Vervolgens ging hij in Groot-Brittannië studeren. In 1966 legde hij in Londen zijn magistersexamen af. In 1975 keerde hij definitief naar Zuid-Afrika terug waar hij zich al snel openlijk tegen de apartheid keerde. Van 1976—78 was hij anglicaans bisschop van Lesotho. In 1979 werd hij secretaris-generaal van de Zuidafrikaanse Raad van Kerken.
In die functie pleitte hij o.a. voor een economische boycot van Zuid-Afrika, gelijke rechten voor iedereen, afschaffing van het passensysteem en een gemeenschappelijk opleidingssysteem voor alle Zuidafrikanen. In 1984 werd Tutu de Nobelprijs voor de vrede verleend. Werk: Crying in the wilderness (1982), Hope and suffering (1983).