Wortelknolletjes - noemt men kleine aanzwellingen aan de wortels der peul dragende gewassen, die van binnen een zoogenaamd bacteroïdenweefsel blijken te bevatten; dat zijn min of meer veranderde bacteriën, waaraan Beyerinck den naam Bacillus radicicola gegeven heeft. Met behulp van deze wortelknolletjes zijn de Leguminosen in staat de vrije stikstof van de atmosfeer te assimileeren. De gewone voorstelling is, dat dit door de bacteriën geschiedt, die dan eiwitachtige verbindingen vormen, die weer door de hoogere plant als voedsel gebezigd worden.
De bacteriën zouden aan de hoogere planten haar koolstofvoedsel ontleenen, maar men zou in laatste instantie toch van helotisme moeten spreken. Ook bij enkele andere gewassen, zooals den Els en den Duindoorn, zijn w. gevonden, die een soortgelijke beteekenis zouden bezitten.