Walter von der vogelweide

betekenis & definitie

Walter von der vogelweide - beroemd Duitsch dichter, geboren omstr. 1170, misschien uit een ridderlijk geslacht in Bohemen, zwierf als minnezanger van het eene vorstelijke hof naar het andere door Oostenrijk en Duitschland, zelfs tot in N.-Italië, Frankrijk en Hongarije, zich met strijdgedichten mengend in de politieke partijtwisten van zijn tijd (Staufen en Welfen!). Hij overleed ± 1230 misschien op zijn kleine bezitting bij Würzburg, waarmee keizer Frederik II hem beleend had. W. is een der grootste Duitsche dichters der Middeleeuwen ; buitengewoon veelzijdig, beheerscht hij het geheele gebied der lyriek; hij is dieper, warer en persoonlijker dan de meesten zijner kunstbroeders, slaat steeds een mannelijken, zelfbewusten toon aan, vereenigt de hoofsche kunstpoëzie met de frissche zangerigheid van het volkslied, is vroom en zeer vaderlandslievend ; dit laatste blijkt o. a. uit de heftige gedichten, waarin hij de partij der Hohenstaufens met kracht opneemt tegen de Welfenpartij. — Uitgeg. door Lachmann (1827), Simrock (1870), Paul (1882), en vele anderen; in modern Duitsch vertaald door Simrock (1833), Pannier (in Reclams Universal Bibl.), e. a. Over: o. a. Uhland (1822), Rieger (1863), Wilmanns (1882, 4de dr. omgewerkt door Michels, 1916), Schönbach (1890) en Burdach (1900).