Valladolid - 1) prov. van Spanje; groot 7670 K.M.2, met 288.000 inw., omvat een deel der vlakte van Oud-Castilië.
2) hoofdstad van het vorige, 72.000 inw., gelegen aan de Pisuerga, dicht bij den mond, in een goed bebouwde vlakte. Belangrijk knooppunt van wegen: die uit Frankrijk over Burgos, die uit de Noordelijke havens, uit de Ebrovlakte en door het Duerodal via Zamora komen hier samen, om over Medina del Campo naar Madrid en naar Portugal te gaan. Tot Karel V residentie der koningen van Castilië. De oude stad heeft o. a. een indrukwekkende, maar niet voltooide Gotische kathedraal. Industrie, vooral wol. Er is een reeds in 1346 gestichte universiteit. ’t Is de zetel van een aartsbisschop.