Slingelandt - 1) Pieter Cornelisz., geb. 1640 te Leiden, gest. 1691 aldaar. Hollandsch genre-, stilleven- en portretschilder, leerling van Gerard Dou, met wien zijn kunst veel overeenkomst vertoont in de fijnheid van opzet en uitvoering. Litt. en opgave zijner werken bij Wurzbach, Niederl. Künstlerlexikon.
2) Simon van, Nederlandsch staatsman, geb. 1664 uit een Dordtsche regentenfamilie, studeerde in de rechten te Leiden en volgde in 1690 zijn vader Gerrit op als secretaris van den Raad van State. In de leiding van den Spaanschen successieoorlog had hij een werkzaam aandeel. Na het tot stand komen van den vrede van Utrecht schreef S., die overtuigd was, dat de bestaande Staatsregeling noodig moest worden herzien: Discours over de defecten in de tegenwoordige constitutie der regeering van den staat der Ver. Ned. (1716). De Groote Vergadering, die met ’t doel om verbetering te brengen in 1717 bijeenkwam, had geen resultaat. In 1725 thesaurier-generaal geworden, werd hij na den dood van Hoornbeek raadpension. in Holland (1727). Leiddraad van zijn buit. pol. was handhaving van den vrede. Vriendschappelijke betrekkingen met Oost. achtte hij daarvoor noodzakelijk, gelijk hij uiteenzette in zijn Pensées impartiales (1729).
De Eng. reg., sedert 1720 geleid door Walpole, ging met deze politiek mede, en zoo kwam in 1732 het verdrag van Weenen tot stand, waarbij Nederl. de Pragm. Sanctie erkende en de opheffing der compagnie van Ostende verkreeg. Onder S. oefende Nederl. nog invloed uit op den gang van zaken in Europa. In 1736 stierf hij. De geschriften van van S. zijn uitgegeven in de Staatk. Geschr. van S. v. Slingelandt. Litt.: Goslinga, S.’s efforts towards European peace (1915).
