Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Schütz

betekenis & definitie

Schütz - (Sagittarius), (Heinrich), geb. 1585 te Gera, overl. 1672 te Dresden, toonkunstenaar, die echter, op verlangen van zijn ouders, aanvankelijk in de rechten studeerde, maar ten slotte bezweek voor het voorstel van den landgraaf Maurits van Hessen, die hem een jaargeld van 200 thalers aanbood om zich in Italië tot toonkunstenaar te gaan bekwamen. Sch. ging nu (1609) naar Venetië en studeerde daar onder leiding van Giovanni Gabrieli. Teruggekeerd in Duitschland, bracht Sch. het in Italië geleerde, en vooral het nieuwe, dat hij daar had leeren kennen, in toepassing.

Hij was werkzaam als organist te Kassel, en als hofkapelmeester (gedurende 55 jaren) te Dresden, maar genoot menigmaal een lang verlof, dat hij eenmaal in Italië, en overigens in Kopenhagen, Brunswijk en. Hannover doorbracht. Sch. is de componist der eerste Duitsche opera „Dafne” (helaas is de muziek daarvan verloren geraakt), terwijl zijn Passion (eigenlijk een samenstelling uit de vier door hem gecomponeerde) nog van tijd tot tijd wordt uitgevoerd.

< >