Rochester - 1) havenstad in het Eng. graafschap Kent, aan de Medway, 40 K.M. ten O. van Londen, 32.000 inw., met een kathedraal uit de 10de—12de eeuw. Ned. consulaat. — 2) stad in den staat New-York der Ver. St. ; aan het Ontario-meer. In 1812 bestond R. uit slechts 2 blokhuizen, in 1820 telde het 2000 ; in 1860 48.000 ; in 1900 163.000 ; in 1915 251.000 inw.
De ligging aan het Ontario-meer maakte den aanvoer van grondstoffen gemakkelijk, terwijl vooral het Eriekanaal den afvoer der producten bevorderde. Tegenwoordig geschieden beide voor het grootste deel door de vele spoorwegen, die hier samenkomen. De industrie profiteerde in hooge mate van de watervallen, die de Genesee bij de stad vormt. R. heeft belangrijke kleeding-, schoen- en meubelfabrieken, groote brouwerijen en meelfabrieken en optische werkplaatsen. Wereldvermaard zijn de Eastman-fabrieken voor het vervaardigen van photografische artikelen (Kodak). Sedert 1850 is er een Universiteit. Geheel vergroeid met R. is Watertown (30.000), waar groote machine- en papierfabrieken staan.
