Radetzky (johann joseph wenceslas, graaf van radetz) - Oostenr. veldheer, geb. 1766 op het kasteel Trzebnitz in Boheme, trad reeds vroeg in mi! dienst. Hij nam deel aan de veldtochten tegen de Turken, onder Beaulieu tegen de Franschen, in de Zuid. Ned. en onder Melas in Italië. In 1809 bevorderd tot luit.-veldmaarschalk, was hij in de jaren 1813 tot 1815 chef van den gen. staf onder von Schwarzenberg.
Van 1816 tot 1828 is hij commandant der troepen in Hongarije, daarna in 1831 in Lombardije. In 1836 werd hij veldmaarschalk. Tijdens den opstand in Lombardije in 1848 is hij te Innsbrück en raadt hij den keizer aan met kracht van wapenen op te treden. Als dan Sardinië den oorlog verklaart, wordt hem het bevel opgedragen. Na een overwinning behaald te hebben en Santa Lucia en Vincenza te hebben ingenomen, verslaat hij de Sardiniërs bij Custozza (Aug. 1848), waarop hij Milaan bezet en Sardinië noodzaakt een wapenstilstand te sluiten. Als Sardinië, gebruik willende maken van de moeilijkheden van Oostenr. in Maart 1849 opnieuw den oorlog begint, trekt R. met zijn troepen op en verslaat hij koning Karel Albert van Sardinië bij Novara.
Hierop sluit hij met Victor Emanuel II den wapenstilstand, welke spoedig daarop gevolgd werd door den vrede van Milaan (Aug. 1849). Kort daarop nam R. Venetië in, waarmede de opstand geëindigd was. Van 1849 tot 1857 was R. gouv.-gen. in Lombardije en Venetië. In hooge gunst staande bij Frans Josef, stierf hij in 1859 te Milaan. Hij schreef o. a.: Militaire Betrachtungen zur Lage Oesterreichs.