Patna - Stad in Britsch-Indië, hoofdstad der afdeeling P. van Bengalen, 136.000 inw.; aan den Ganges en aan den spoorweg Calcutta—Delhi. De stad heeft nauwe straten, veel moskeeën en Hindoe-tempels en is omgeven door talrijke in tuinen gelegen vóórsteden. Opium- en jutehandel en -industrie.
Bedevaartplaats der Mohammedanen (het tegenovergelegen Hadsjipoer desgelijks van de Hindoes). — P., toen genaamd Patalipoetra, bij de Grieken Palibotra, was de grootste stad van het oude Indië en bloeide vooral in de Boeddhistische periode, in de 3e en 2e eeuw v. Chr. Een Engelsche factorij werd reeds in 1615 gevestigd; later kwamen daarbij Nederl., Deensche en Fransche. In 1763 kwam het in Eng. bezit.
