Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Oorlogsrecht

betekenis & definitie

Oorlogsrecht - een onderdeel van het volkenrecht, het geheel van door de beschaafde volken gehuldigde beginselen, regelen en gebruiken voor den oorlog, waaraan de strijdvoerende partijen zich te houden hebben (den Beer Poortugael). Het recht of het geheel van wederkeerige rechten en plichten, dat de betrekkingen tusschen onderling onafhankelijke staten voor den tijd van oorlog regelt en omvat derhalve alle hiertoe behoorende rechtsregelen en -instellingen. De Louter onderscheidt subjectief en objectief o.; het eerste beteekent dan het recht van de souvereine staten om oorlog te voeren, het laatste alle rechtsbetrekkingen, door den oorlog ontstaan, hetzij tusschen de belligerenten, hetzij tusschen dezen en derden, recht tijdens den oorlog, dat een gewijzigde volkenrechtelijke verhouding tusschen twee of meer staten in het leven roept. Zij die het volkenrecht niet als recht erkennen, noemen het o. „oorlogsgebruiken”.

Op de beide Vredesconferenties, van 1899 en van 1907 werden verschillende conventies omtrent o. aangenomen. Men onderscheidt het positieve of stellige o., gevormd door het conventioneele, vrijwillige en het gewoonterecht, dat geldend is, op grond van algemeene toetreding of wel van een algemeen aangenomen gebruik der volken — en het philosophische (abstracte o.). De wereldoorlog heeft bewezen, dat er omtrent tal van onderwerpen van o. nog zeer uiteenloopende opvattingen en meeningen bestaan. Zie VREDESCONFERENTIE, ZEEOORLOG, CONTRABANDE en KAAPRECHT.

< >