Odoacar, zoon van Ediku, koning der Skiren, trok, na de nederlaag, die de Skiren leden tegen de Oost-Goten (469), aan ’t hoofd van de rest van den stam naar Italië, waar hij in dienst trad van de Romeinen. Wanneer de patricius Orestes aan de Germaansche troepen geen land wil geven, stelt O. zich aan t hoofd van de ontevredenen en laat hij zich tot koning uitroepen (476). Pavia, de residentie van Orestes, wordt door hem ingenomen en kort daarop is O. meester in Italië. De laatste West-Rom. keizer Romulus Augustulus wordt afgezet en O. verheven tot patricius.
Na den dood van Nepos van Dalmatië (480), bezet O. dit landschap (482). Ook de Rugiërs, die door Zeus van ’t Oost-Rom. rijk aangezet waren tot ’t doen van een inval van Italië, worden door hem onderworpen (488). Een deel der Rugiërs roept daarop de hulp in van den Oost-Gotischen aanvoerder Theodorik, die naar Italië optrekt, O. verslaat bij de Isonzo (489). Na nogmaals verslagen te zijn bij de Adda, trekt O. terug in Ravenna (490), waar hij zich handhaaft tot 493. Er wordt een verdrag gesloten, waarbij O. en Theodorik overeenkomen gemeenschappelijk Italië te besturen. Bij ’t binnentrekken der Oost-Goten in Ravenna wordt O. vermoord. Litt.: Bertolini, Studi critici interno alT regno di Odoacro (1869); von Pflugk-Harttung, Der erste König von Italien (D. R. 1886).