Nijhoff (Mr. Isaäc Anne), Nederlandsch boekhandelaar en geschiedkundige, geboren 1795 te Arnhem, overl. aldaar 1863, kreeg zijn opleiding in zijn vaders hoekzaak, waarvan hij in 1817 deelgenoot werd en weldra als een der eerste wetenschappelijke uitgevers van ons land bekend stond. In 1816 tot opzichter van het oud-archief van Gelderland aangesteld en later als provinciaal-archivaris betiteld, bewerkte N. verscheidene inventarissen en maakte belangrijke historische studiën. Van 1849 tot zijn dood redigeerde hij de „Geldersche Volksalmanak”.
In de „Bijdrage voor Vaderlandsche Geschiedenis en Oudheidkunde”, die hij sinds 1837 uitgaf, verschenen tal van historische opstellen van zijn hand. Zijn levenswerk is zijn beroemd Gedenkwaardigheden uit de Geschiedenis van Gelderland (6 dln., 1830—62), in welke de geschiedenis van dit gewest naar de bronnen tot 1528 wordt beschreven. De Groningsche Universiteit vereerde N. in 1850 het doctoraat in Romeinsch en hedendaagsch recht.
