Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Lodewijk napoleon bonaparte

betekenis & definitie

Lodewijk napoleon bonaparte - jongste broer van Napoleon B., geb. 1778 te Ajaccio, na den dood van zijn vader opgeleid eerst door Jozef B. en dan door Napoleon, die hem de mil. loopbaan deed kiezen en deed huwen met Hortense de Beauharnais (1802). In 1804 benoemd tot Connétable van Frankrijk en lid van den Staatsraad, werd hij bij ’t uitbreken van den 3en coalitie-oorlog eerst met ’t bevel over de troepen te Parijs belast en kwam toen aan ’t hoofd van ’t Noorder leger, dat aangewezen was voor dekking te zorgen ingeval van een oorlog met Pruisen. Wanneer dit land zijn neutraliteit handhaaft, wordt hij door zijn broer met de troepen naar de Bat. rep. gezonden, welker grondgebied hij verlaat, als er geruchten loopen, dat hij koning zal worden van Holland (Jan. 1806). Van zijn broer vernam hij, dat deze geruchten grond hadden.

Nadat hij bij ’t familiestatuut (Maart 1806) de opperleiding van Napoleon in alle aangelegenheden zijn gezin betreffende erkend had en nadat een Ned. missie aan Napoleon gevraagd had een zijner broers tot koning van Holland te benoemen (Mei 1806), wees deze L. als koning aan. In Juni 1806 deed hij zijn intocht in Den Haag, waar ook de adel hem als koning huldigde. De periode van de regeering van L. heeft op ’t gebied van wetgeving, kunsten en wetgeving groote beteekenis. Op wetgevend gebied kwamen tot stand de regeling van de rechtspraak, een crimineel wetboek (1807), een burg. wetboek, een grondbelasting en een opheffing van ’t verbod tot ’t uitoefenen van nering of ambacht op ’t platteland (1808). ’t Binn. bestuur werd gereorganiseerd, waarbij een eind werd gemaakt aan ’t zelfbestuur van departementen en gemeenten (1807 en 1808). Kunsten en wetenschappen werden bevorderd door de stichting van een Nationale Kunstgalerij te Amsterdam (zie RIJKSMUSEUM), een Kon. Bibliotheek te Den Haag, ’t instellen van ’t Kon. Inst. voor Kunsten en Wetenschappen. Een voorgenomen reorganisatie van ’t onderwijs is niet tot stand gekomen, evenmin als een regeling van den eeredienst.

Wel werd ’t beginsel van gelijkheid der secten voor de wet ook bij benoemingen doorgevoerd, terwijl een bezoldiging van bedienaren van niet-Ned. Herv. Kerkgenootschappen werd mogelijk gemaakt. Tegenover zijn broer kwam L. in een moeilijke positie, daar hij met ’t oog op de welvaart van ’t land, naar welker toestand hij een grondig onderzoek had laten instellen, weinig voor een strenge doorvoering van ’t Continentale stelsel voelde, en met ’t oog op de financiën overging tot vermindering van de legersterkte en aandrong op terugbetaling der aan Frankrijk gegeven voorschotten. Tot een conflict kwam het in 1809, toen een landing van de Engelschen op Walcheren, Antwerpen in gevaar bracht. L. moest ’t aanzien, dat Bernadotte belast werd met ’t leiden der operaties tegen de Engelschen, en dat na ’t ontruimen van Walcheren door den vijand Oudinot op last van Napoleon overging tot bezetting van ’t land bezuiden de groote rivieren (Febr. 1810), die in Maart 1810 bevestigd werd door ’t tractaat, dat L. sluiten moest tijdens zijn verblijf in Parijs, waarheen hij in Febr. ontboden was.

Teruggekeerd in Holland blijkt het L. spoedig, dat N. wil overgaan tot annexatie. Den 1en Juli doet hij afstand ten behoeve van zijn oudsten zoon, en verlaat hij in den nacht van 2 op 3 Juli ons land. Door zijn zorg voor de belangen van ’t land, waarover hij regeeren moest en door zijn medeleven met de ellende, die een gevolg was van een ontploffing in Leiden (1807), had hij de sympathie van allen weten te winnen. ’t Niet betrachten van voldoende zuinigheid had echter den fin. toestand slechter gemaakt. Hij stierf in 1846. Litt.: Gedenkstukken V (Rijks Gesch. Publ.); Colenbrander, Schimmelpenning en Koning Lodewijk.

< >