Läsare - (lezers), een sekte van piëtisch-orthodoxe leeken in Zweden. Het leekenelement liet zich in de kerk aldaar sterk gelden en vooral onder de lasare ontwikkelde het zich. Tegenover het rationalisme en het starre orthodoxisme, dat hen niet kon bevredigen, kwamen deze piëtisch gezinde kringen in conventikelen bijeen om samen den bijbel en de geschriften van Luther te lezen. Vooral sedert 1803 was hun invloed merkbaar.
Zij hadden geen kettersche gevoelens, stelden den doop zeer hoog en wilden geen afscheiding van de kerk. Hun vroomheid was oprecht en ernstig. Zij hielden krachtig aan op een streng zedelijk leven en pasten op zichzelven dien eisch toe. In 1842 trad een boer Erik Janssen onder hen als apostel op en vervulde velen van hen met dweepzucht, zoodat zij de openb. godsdienstoefeningen verstoorden en alle stichtelijke boeken verbrandden. Daar vele Lasare nu de kerk verlieten en afval van de Staatskerk tot 1858 strafbaar was met verbanning, togen zij met Janssen naar Noord-Amerika, waar zij in de kolonie Bishopshill een geestelijk Sion stichtten. — De beweging der Lasare is thans zoo goed als geheel opgelost, te meer daar velen der achtergeblevenen zich later bij de Baptisten aansloten. — Vgl. „Die rufenden Stimmen” (uit het Zw.), 1843.
