Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Kiptjak

betekenis & definitie

Kiptjak - Turksche stam ; de woonplaats van dezen stam werd gewoonlijk Desjti-K., d. i. steppe der K., genoemd, w.o. de Oestersche schrijvers der Middeleeuwen het uitgestrekte Pontisch-Kaspische steppengebied in het tegenwoordige Zuid-Rusland, door Turksche nomaden bewoond, verstonden. Reeds onder Djingizkhan drongen de Mongolen 1222 in dit gebied door en herhaalden hun strooptochten in 1237, waardoor ook het rijk der K. uiteenviel. De Mongolen grondvestten daarop in deze streken een nieuw rijk, dat der Gouden Horde met de hoofdstad Sarai aan de Wolga. Zie MONGOLEN, GOUDEN HORDE.

< >