Juynboll (abraham wilhelm theodorus) - Nederl. Oriëntalist, zoon van den vorige, geb. 1834 te Franeker, promov. 1863 te Leiden in de godgeleerdheid, wijdde zich daarop aan de studie der Oriëntalia, kreeg 1865 een benoeming aan de Indische instelling te Delft, waar hij eerst onderwijs gaf in de Javaansche taal, daarna in de godsdienstige wetten, volksinstellingen en gebruiken, werd in 1872 tot hoogl. benoemd, en bleef aan genoemde instelling onderwijs geven tot aan zijn dood, 1887 ; schreef meerdere studiën over den Islam in den Indischen archipel, verder een Specimen e literis orient, exhibens Kitabo l Boldân, sive librum regionum auctore Ahmed ibn Abi Jaqub (1861), en gaf voorts een uitgave van den Arab. tekst van een handboek voor het Mohammed, recht in het licht, onder den titel: Jus Shafiiticum. At tanbih auct. Abu Ishâk Asshirazi (1879). — Zijn oudste zoon, Theodorus Willem J., geb. 1866 te Delft, promov. 1893 en 1894 in de rechtswetenschap en in de Semietische letterkunde, en werd daarop ambtenaar bij de rechterlijke macht in Nederl.-Indië, Adjutor Interp.
Leg. Warn. in 1903 en hoogleeraar te Utrecht in 1917; behalve zijn proefschriften zag van zijn hand het licht: Le livre de l'impôt foncier de Yahya ibn Adam (Leid. 1896); Handleiding tot de kennis van de Moh. wet volgens de leer der Sjafi'itische school (Leiden 1903), 2de (Duitsche) uitg. onder den titel: Handbuch des islam. Gesetzes (Leiden 1910). — Hendrik Herman J., broeder van T. W. J., geb. 1867 te Delft, promov. 1893 in de taal- en letterkunde van den Indischen archipel, bewerkte daarop een catalogus van de Maleische handschriften der Leidsche universiteits-bibliotheek, een Kawibalineesch woordenboek op het oudJavaansche Ramayana, enz Hij is sedert 1910 Direkteur van ’s Rijks Ethnogr. Museum te Leiden.
