Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Hoefzolen

betekenis & definitie

Hoefzolen - zijn zolen van leer, guttapercha, kurk of andere stoffen, die met de hoefijzers onder de hoeven aangebracht worden. Er zijn vaste zolen, die met het ijzer aan den hoef vastgenageld worden, en verwisselbare, die ondergelegd en uitgenomen kunnen worden, zonder dat het ijzer ondergelegd of afgenomen behoeft te worden. — De h. worden gebezigd om het hoefmechanisme te bevorderen, den schok te breken, voor gevoelige voeten en het uitglijden tegen te gaan op gladde plaveisels. — Gebruikt worden vooral de vaste zolen, Engelsche veerkrachtige h., straalzolen, open en gesloten luchtzolen en de verwisselbare hoefbuffers en kurkzolen. Ook vervaardigt men wel zolen van oude automobielbanden. — Tegen het invallen van de sneeuw gebruikt men wel zolen van stroo, guttapercha of kurkkit.

< >