Heupontwrichting - De h. kan aangeboren of verkregen zijn. Aangeboren h., die een sterk familiair karakter draagt, komt veelvuldiger bij meisjes dan bij jongens voor. Zij kan eenzijdig of dubbelzijdig zijn. De aangeboren h. verraadt zich zoodra de kinderen gaan loopen.
Zij krijgen een eigenaardigen, waggelenden gang, die min of meer op dien van een eend gelijkt. Wanneer de h. niet behandeld wordt zal zij tot een vrij aanmerkelijke vervorming van het bekken voeren, die voor de vrouw met het oog op de baring van groot belang kan zijn. De behandeling dier h. kan een onbloedige of een bloedige zijn. Bij de eerste wijze van behandeling wordt getracht door aan het been een bepaalden stand te geven, het heupgewricht in zijn normalen stand te doen komen en het in dezen stand te fixeeren. Langzamerhand wordt dan de stand der beenen weer tot het normale gebracht. Deze behandeling is een zeer langdurige en wordt meestal op jeugdigen leeftijd toegepast. Bij de bloedige methode brengt men in één tempo den kop van het dijbeen in de gewrichtspan en fixeert het geheel.
Een heupontwrichting door een plotseling inwerkend geweld behoort, door den bouw van het gewricht, tot de uitzonderingen. Bij optreden van een dergelijke h. zal men natuurlijk repositie moeten toepassen.