Henner - (Jean Jacques), geb. 1829 te Bernweiler in de Elsasz, gest. 1905 te Parijs. Fransch schilder, leerling van Drolling en Picot te Parijs. Hij behoort tot den kring van Bouguereau, Baudry, Chaplin en vooral Couture, die in een elegisch, zwoel naturalisme, dat de kunst uit den tijd van Napoleon III te Parijs zoo sterk kenmerkt, zeer goede kunstwerken hebben gemaakt. II. is de schilder van naakte vrouwengestalten, eenigszins geïnspireerd op Titiaan en Correggio, maar in de uitvoering geheel afwijkend ; hij zoekt zijn effecten in een wazige trillende contour, zachte en weeke plastiek, in een halfdonkere belichting en bereikt daarmede dat fantastisch droomerige, dat onwerkelijk naturalistische, dat zijn kunst gemakkelijk onderscheidt.
Door deze principes toe te passen op de portretkunst wist hij voorname effecten te bereiken en had als portretschilder in Parijs een groot succes. Op dezelfde wijze behandelt hij ook religieuze onderwerpen waarvan o. a. een Susanna en de beide Grijsaards (Luxembourg, Parijs), een Boetende Magdalena.(Kolmar Museum), een Hl. Sebastiaan en een Kruisiging, zeer bekend zijn. Litt.: B. de la Chavigncrie et L. d’Auvray, Dictionnaire général des artistes de. l’école française.