Heeres - Mr. Jan Ernst Heeres, Nederl. geleerde, geb. 1858 te Zuidhorn, studeerde in Groningen, behalve in de rechten ook in de Nederl. letteren, waarin hij zijn candidaats-examen deed, was van 1888-97 ambtenaar, het laatst adjunct-archivaris van het Algemeen Rijksarchief te ’s-Gravenhage; van 1897-1900 hoogleeraar aan de voormalige Indische Instelling te Delft en sedert 1902 hoogleeraar te Leiden. H. had van 1913-18 zitting voor Leiden in de Tweede Kamer. Van zijn geschriften noemen we: Bouwstoffen over de geschiedenis der Nederlanders in den Maleischen archipel (1895); ,, Daghregister int Casteel Batavia" (1896); Abel Jansz.
Tasman’s journal of the discovery of Van Diemens Land and New Zeeland in 1642, with documents relating to his exploration of Australia in 1644 (1898) ; Heeft Nederland de Kaap verkocht? (1898); Het aandeel der Nederlanders in de ontdekking van Australië (Ned. en Eng. tekst, 1899); De Oost-Indische Compagnie. Ter herinnering (1902).
