Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Geelgors of haverkneu

betekenis & definitie

Geelgors of haverkneu - Emberiza citrinella; kop, hals en onderzijde geel; de rug roestkleurig; lengte 15.5 c.M.; staart 7 c.M. Bewoont N.- en Midden-Europa en Z.-Siberië. In ons land van Maart tot October overal, waar water en riet is; trekt naar Z.-Europa; vele exemplaren blijven echter ’s winters hier. Nestelt langs slooten en plassen in struikgewas en gras.

Leeft ’s zomers van insecten, ’s winters van zaden. Nuttig.

< >