Fruin (Robert), Ned. historicus, geb. 1823 te Rotterdam. Na ’t Erasm. Gymn. te Rotterdam te hebben afgeloopen, ging hij in 1842 te Leiden studeeren in de klass. philologie. Daarnaast bestudeerde hij de werken van Niebuhr, Müller, Fichte, Hegel, Straus, Rousseau en Spinoza.
Hij promoveerde in 1849 (18 Dec.) op: De Manethone librorumque ab eo scriptor um reliquis. In 1849 werd hij leeraar in de gesch. en aardr. aan het gymn. te Leiden, waar hij zich vormde als historicus. Hier kwam hij in aanraking met Groen van Prinsterer en Bakhuyzen v. d. Brink. Veel studie maakte hij van de werken van Ranke, zoodat hij als diens leerling kan gelden. Als bijlage tot ’t programma van ’t Leidsch Gymn. gaf hij in 1867 en 1868: Tien jaren van den 80j. oorlog. Door de Holl. Maatsch. van Kunsten en Wetenschappen werd dit werk bekroond. In 1869 6chreef hij: Voorspel van den 80-j. oorlog.
Het volgende jaar werd F. benoemd tot prof. in de gesch. te Leiden. Den 1en Juni aanvaardde hij ’t hoogleraarsambt met een rede over: De objectiviteit van den geschiedschrijver. Den 13 en Juni 1894 trad hij af met ’t uitspreken van een rede begonnen met de aan Horatius ontleende woorden: „tempus abeundi tibi est”. Na een kortstondige ziekte stierf hij in 1899. Eigenlijke werken op hist. geb. heeft F. niet geschreven; in zijn artikelen gaf hij de resultaten van zijn onderzoek omtrent een of andere kwestie. Deze opstellen verschenen in verschillende tijdschriften als Gids, Bijdr. Vad. Gesch., Bijdr. en Med. Hist.
Gen. e.a. Zijn verzamelde geschriften zijn uitgegeven onder den titel Verzamelde werken door P. J. Blok, P. L. Muller en S. Muller F.z. Naar een dictaat is uitgegeven: Gesch. der Staatsinstellingen, door Colenbrander. Van de bronnen-publ. moeten vooral genoemd worden: Enquête van 1494 en Informatie van 1514. F. was de eerste in ons land, die de gesch. als wetenschap beoefende. Hij vatte de gesch. op als een middel ons het tegenwoordige te verklaren en te doen begrijpen. In zijn Holl. Stad in de Middeneeuwen beoefende hij voor ’t eerst de econ. gesch. der Middeleeuwen.
Litteratuur: F. Rachfahl, Robert Fruin (H. z. 98, p. 607—541); Byvanck, Fruin (Gids 1899, en in Literarische en historische studiën, 1918); G. W. Kernkamp, Fruin; P. L. Muller, Levensbericht van Fruin (Mij. Ned. Lett.); Blok, Levensbericht van Fruin.
