Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 22-12-2018

Eiiphorbiaceeë.i

betekenis & definitie

Eiiphorbiaceeë.i - plantengeslacht der Dicoty-len-Choripetalen met ongeveer 4500 soorten overde geheele aarde verspreid. De soorten zijnzoowel eenjarig als overblijvende kruiden,heesters of boomen van zeer verschillend uiter-lijk, meest met verspreide bladeren met steun-bladeren en meest in het bezit van melksap inmelksapcellen of melksapvaten. De bloemenzijn steeds eenslachtig, de mann. en vrouwelijkebloemen komen op verschillende planten voor(tweehuizig) of op dezelfde plant (eenhuizig).De mannelijke bloemen zijn zeer verschillendvan bouw; soms hebben ze kelk en bloemkroon,soms alleen een bloemdek, soms zijn alleen meel-draden aanwezig. Ook het aantal meeldradenvarieert bij de soorten zeer sterk.

Het bedraagt bijEuphorbia* en eenige andere geslachten slechtséén, bij Ricinus b.v. eenige duizenden per bloem.Daarentegen is de bouw van de vrouwelijkebloem zeer constant. Wel kan ook hier kelk ofbloemkroon of beide ontbreken, maar het vrucht-beginsel bestaat op enkele uitzonderingen na uitdrie vruchtbladeren, die een driehokkig vrucht-beginsel vormen met drie stijlen en stempels.In elk hokje bevindt zich één zaadknop (bijPhyllanthus en enkele andere geslachten tweezaadknoppen). De vrucht is daardoor meest eendriehokkige doosvrucht, soms een bes of eensteenvrucht. Tot de familie der E. behooren eenzeer groot aantal nuttige of anderszins bekendeplanten. Sommige zijn bekend om haar melksapzooals Hevea*, Manihot*-soortcn, die caout-chouc* leveren, of Excoecaria en Hippomane,waarvan het melksap vergiftig is. Andere heb-ben olierijke zaden, zooals Croton*-soorten, Ri-cinus*. Aleurites en Jatropha*. Sommige Ma-nihot*-soorten hebben zetmeelrijke wortels enzijn belangrijke voedselplanten; ook worden vanvele Euphorb. deelen in de geneeskunde ge-bruikt.

< >