Draafziekte - ook knaag-, schuur-, beef- of schrikziekte, een schapenziekte, welke alleen bij merinoschapen of kruisingen daarvan wordt waargenomen. Wijl kruising met merinoschapen in ons land niet meer wordt toegepast, komt de ziekte ook hier te lande niet meer voor. De verschillende benamingen der ziekte staan in verband met de verschijnselen, welke in de verschillende stadiën der ziekte optreden. De ziekte verloopt heel chronisch, maar alle dieren, welke worden aangetast, sterven; meestal 3 a 4 maanden na het begin der ziekte.
De oorzaak der ziekte is niet bekend; vermoedelijk heeft een intra-uterine infectie plaats, welke ook van den ram kan uitgaan. De ziekte blijft bij het jonge dier verborgen, tot zich op den leeftijd van circa 1½ jaar de verschijnselen beginnen te openbaren. Is dit het geval, dan is spoedig afmaken het beste wat men kan doen. Uit een prophylactisch oogpunt is het van beteekenis geen schapen voor de fokkerij te gebruiken, welke afkomstig zijn uit kudden, waarin de ziekte heerscht, vooral met jonge rammen moet men zeer voorzichtig zijn, want deze kunnen de ziekte reeds op hun nakomelingen overbrengen, vóór ze zelf verschijnselen vertoonen.
