Dieze, gekanaliseerde riv. in N.-Brabant, tusschen ‘s-Hertogenbosch en het fort Crèvecoeur, sinds 1860 door sluizen van het buitenwater afgesloten. De D. ontstaat uit de samenvloeiïng van Dommel en Aa en vormt daardoor de afwatering van een groot deel van Brabant. Ook neemt de D. nog het water op van de aangrenzende lage gronden: aan de O.-zijde de polders van Empel en Eygen (bij Rosmalen), die hun water vanzelve kunnen laten afloopen en aan de W.-zijde het Bossche veld en May, die zoo noodig van een stoomgemaal kunnen gebruik maken, en bovendien de kleine boezems de Bossche Sloot en Nieuwe Bak, die door datzelfde stoomgemaal kunnen worden geholpen.
Ook het water van de Beersche Maas kan over de overlaten in den rechter-Diezedijk een uitweg vinden naar de D. — Voor de scheepvaart is de D. de verbinding tusschen de Maas en de Zuid-Willemsvaart. Het kanaalpeil is 2 M. + A.P., de diepte 2.10 M., de lengte van de D. is ruim 6 K.M.