Diagonaalpunten - Wanneer men in het platte vlak 4 punten A, B, C, D op alle mogelijke wijzen 2 aan 2 door rechte lijnen verbindt, ontstaan 6 dergelijke verbindingslijnen: AB, AC, AD, BC, BD, CD; deze snijden elkaar 2 aan 2, behalve in de punten A, B, C, D nog in 3 punten, n.l. P als snijpunt van AB en CD, Q als snijpunt van AC en BD, R als snijpunt van AD en BC. De 4 punten A, B, C, D met hun 6 verbindingslijnen vormen een z.g. volledigen vierhoek, de punten P, Q, R heeten de „diagonaalpunten” van den volledigen vierhoek.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk