Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2018

Deussen

betekenis & definitie

Deussen - (Paul), Duitsch wijsgeer, geb. 1846, sedert 1889 hoogleeraar te Kiel, uitnemend kenner der Indische filosofie, een der weinige hedendaagsche denkers, die Schopenhauers leer nog nagenoeg in haar geheel aanvaarden. In de Upanishads, in het N. Testament, bij Parmenides, Plato, Plotinus en Kant vindt hij Sch.’s grondgedachte, dat de materieele wereld slechts een subjectief verschijnsel is, een soort droom. De ware realiteit ligt in het ruimte-, tijd- en causaliteitslooze gebied. Het hoogste doel is „Verneinung des Willens zum Leben”, welke wil een afval van God is en daardoor de oorzaak van alle leed.

God, die niet als persoonlijk gedacht moet worden, is een bovenwereldlijke kracht, het principe der wereldverlossing. Voornaamste werken: Elemente der Metaphysik, 4e A. 1907; Der Kateg. Imper., 3e A. 1903, Das System des Vedanta, 2e A. 1905; Sechzig Upanishads des Veda, 1897; Die Geheimlehre des Veda, 3e A. 1909; Allgemeine Geschichte der Phil. (bevattende Ind. fil. en fil. der Grieken, des Bibels, Mittelalters en Nieuwere Phil.) 1894 — 1911; Erinnerungen an Indien, 1904. — Verder begon D. sedert 1911 een kritisch-wetens. uitgave van Schopenhauer’s complete werken (met brieven, documenten, portretten, facsimile’s, enz.) in 14 dln. (Piper, München).

< >