Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-11-2018

Colom

betekenis & definitie

Colom (Jacob Aertsz), afkomstig uit Dordrecht, sinds 1622 boekverkooper te Amsterdam, waar hij op ’t Water (Damrak), hoek Mandemakerssteeg in het huis genaamd „De vierighe Colom” ging wonen. De eerste uitgave van Vondel’s Palamedes verscheen al in 1625 met dat adres. Hij dreef een boek- en kaarthandel, maar was tegelijk ook schrijver en uitgever van zeevaartkundige werken. Van zijn hand verscheen in 1632-’33 De vyerieghe colom, verlichtende en verthoonende de 17 Nederlandtsche provintien, waarvan bij hem in 1648 en in 1661 herdrukken het licht zagen, terwijl in 1696 te Rotterdam eene nieuwe uitgave verscheen.

Eene Fransche editie werd door hem in 1633 (herdrukt in 1638? en 1645) uitgegeven, eene Engelsche in 1660 en eene Latijnsche in 1669. Volgens Kruseman was hij ook de auteur van: Troost der zeevaart; Onderwijzing in de konst der zeevaart; Over de globen; Nieuw graadboek. Hij overleed in Mei 1673.

— Johannes (1622-’54), werkte „inde vuyrighe Colom” aan den Vijgendam. Van zijne uitgaven is alleen H. L. Spieghel’s Hart-spieghel van 1650 bekend.

— Arnold (1624-’68), kocht zich in 1650 in ’t boekverkoopersgilde en was „op de Texelsche kay inde Lichtende Colom” werkzaam, gaf omstreeks 1658 een „Zee-atlas of water-wereldt” uit.

— Zie Kruseman, Aanteekeningen, 1893; Kleerkooper-Van Stockum, De boekhandel te Amsterdam, 1914-’15.

< >