Cholera - Af te leiden van het Grieksche choléra, dakgoot, omdat de darminhoud als uit een goot uitloopt. Vroeger werden onder den naam c. een aantal darmziekten samengevat; tegenwoordig wordt de naam slechts aangewend voor twee bepaalde ziekten, de inheemsche: c. nostras en de C. asiatica, aziatische C. — C. nostras treedt, hoewel zeldzaam, in warme zomermaanden regelmatig op. Waarschijnlijk is de oorzaak te zoeken in abnorme gistingsprocessen in het darmkanaal als gevolg van dieetfouten, het gebruik van onrijp ooft, enz. Na enkele dagen van algemeen onwelzijn treedt de aanval op met braken, heftigen buikloop, krampachtige pijnen, dorst.
Na een halven tot heelen dag nemen de verschijnselen weer af en treedt genezing op. Slechts zelden is de afloop doodelijk. Een bijzondere vorm dezer c. is de z.g. c. infantum, die haar oorzaak in abnorme gisting van het voedsel heeft. Voornamelijk hij kunstmatig gevoede zuigelingen treedt zij op en kan oorzaak van hooge zuigelingensterfte zijn. Ook hier zijn braken en heftige buikloop de hoofdverschijnselen die, wordt geen geneeskundige hulp verleend, meest spoedig tot den dood voeren. Uiterste zindelijkheid met het voedsel en met datgene, waaruit het voedsel wordt gebruikt, zijn de meest doeltreffende voorbehoedmiddelen tegen de c. nostras. — De c. asiatica is eene specifieke infectie-ziekte, veroorzaakt door den, door R. Koch * in 1883 ontdekten komma-vormigen bacil, den Bacillus of Vibrio Comma. Gewoonlijk na een incubatiestadium* van enkele dagen, waarin de patiënt zich lusteloos gevoelt, treedt de cholera-aanval plotseling op met heftigen buikloop, braken, sterke kuitkrampen, gevoel van hevigen dorst, zwakken, zrelfs onvoelbaren pols, cyanose *, facies Hippocratica ,* schorre stem (vox cholerica), klamme koude huid. De ontlasting, eerst gewone darminhoud, krijgt spoedig een eigenaardig, rïjstwaterachtig karakter.
Een enkele maal blijft, door verlamming van den wand van het darmkanaal, de buikloop uit (c. sicca). Eindigt de c. aanval niet met den dood, dan verminderen de verschijnselen langzamerhand in heftigheid en treedt de genezing, die vrij langzaam gaat, in. — De cholerabacil is afkomstig uit het deltagebied van den Ganges. Van hieruit heeft zich de c. langs de hoofdverkeerswegen, zoo over land als over het water, over de aarde verbreid. In 1817 trad ze epidemisch in Indië op, in 1831 heeft ze Europa bereikt. In de vorige eeuw heeft zij 5 pandemieën* en een aantal, min of meer verbreide epidemieën veroorzaakt. Wat Nederland betreft, geeft de onderstaande tabel een overzicht over de sterfgevallen in een aantal jaren, dat c. werd waargenomen.
Jaar. Nederland. Amsterdam.
1832 4872 793 1833 4671 480 1848/49 22078 2256 1853 2891 640 1854 2038 225 1855 2980 1172 1859 3748 136 1866 19691 1104 1867 1591 59 1873 277 — 1874 48 — 1892 293 10 1893 263 2 1894 228 37 1901/04 2 0 1909 18 1 Hierbij dient opgemerkt, dat vóór 1866 de opgaven uit Limburg en Zuid-Brabant ontbreken. Men ziet uit deze tabel, dat na 1867 moeilijk meer van epidemieën in Nederland kan gesproken worden, dat althans het aantal sterfgevallen zeer sterk afneemt, en eigenlijk na 1900 zoo goed als verdwijnt. Bij nauwkeurig bacteriologisch onderzoek van verdachte gevallen kan men wel zeggen, dat epidemieën in tijden van vrede in beschaafde landen niet meer zijn te verwachten. De infectie met c. geschiedt in hoofdzaak door het drinkwater, doch ook met ongekookt of niet voldoende verzorgd voedsel kunnen de c.-vibrionen in het darmkanaal binnenkomen en door hunne sterke vermeerdering daar hunne werking ontvouwen. De bestrijding der c.,afgezien natuurlijk van de geneeskundige behandeling van den c. -aanval, is zoo mogelijk eene preventieve door goede hygiënische maatregelen. Behalve dat zulke maatregelen in elk land zullen genomen worden, hebben in 1893/1912 een aantal staten, waartoe ook Nederland behoort, eene overeenkomst gesloten om elkaar in te lichten omtrent de plaatsen, waar c. uitbreekt, of die als brandpunten van c. moeten worden beschouwd. Ook de in- en uitvoer van goederen uit dergelijke gebieden, de ontsmetting van goederen, maatregelen aan de grenzen, voor schepen, voor pelgrims enz. zijn daarbij geregeld.