Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-11-2018

Carolus (Joannes)

betekenis & definitie

Carolus (Joannes) - Nederlandsch geschiedschrijver, Geboren te Antwerpen, studeerde hij eerst te Leuven, daarna, naar de gewoonte der 16e eeuwsche juristen, in Frankrijk en Italië. Als procureur-generaal aan het hof te Friesland schreef hij: De Rebus Casparis à Robles Billaei in Frisia gestis Commentatorum libri IV, een verheerlijking van het bewind van Casper Robles in Friesland, Jan. 1672 —Aug. 1673. Een afschrift van dit werk kwam in handen van Duco Martena van Burmania, naar welk afschrift het in 1731 te Leeuwarden werd uitgegeven.

Carolus werd later raadsheer en vice-president van den hoogen raad van Mechelen; in 1697 trok hij zich uit dit ambt terug, om als leekebroeder in het Minrebroeder-klooster te Mechelen zijn oude dagen te slijten. Daar stierf hij in 1698.

< >