Carbolvergiftiging - Carbol, dat tot 5 % a 7 % oplosbaar is in water, is een sterk werkend vergif. Plaatselijk werkt het als een causticum*. Bij vergiftiging door inwendig gebruik lijden allereerst de slijmvliezen van mond, keel slokdarm, maag. Het wordt snel opgenomen en het in ’t bloed gekomen c. veroorzaakt coma*, kleine, snelle, weeke pols, snurkende, langzame ademhaling.
Bij minder ernstige vergiftiging, en b.v. bij uitwendige aanwending op wonden, zijn de verschijnselen minder ernstig en treden in plaats van coma krampaanvallen en braken op. De urine bij c. is donkergroen verkleurd. De eerste hulp bij c. kan slechts bestaan in veel laten drinken (geen braken opwekken) van kalkmelk, dubbelkoolzure soda, tandpoeder met water, een groote dosis zwavelzure natron. Onmiddellijk geneeskundige hulp (maagpomp) inroepen.